Downloaden Handleiding
Manual BeschrijvingDrie keer knipperen: Beweeg de hendel iets omhoog of omlaag, zonder het zware punt te passeren; de desbetreffende richtingaanwijzers knipperen vervolgens 3 keer. De zijkant van de auto wordt gemarkeerd door het inschakelen van de parkeerlichten aan de kant van het verkeer. Duw de lichtschakelaar binnen één minuut na het afzetten van het contact omhoog of omlaag om de parkeerlichten aan de kant van het verkeer in te schakelen (voorbeeld: rechts van de weg parkeren: lichtschakelaar omlaag duwen; parkeerlichten links gaan branden).
Het inschakelen wordt bevestigd door een geluidssignaal en het branden van het lampje van de desbetreffende richtingaanwijzer op het instrumentenpaneel. Zet om de parkeerlichten uit te schakelen de lichtschakelaar in de middenstand of zet het contact aan. Deze wordt automatisch ingeschakeld als de motor wordt gestart.
Afhankelijk van het land van bestemming doet deze verlichting dienst als: dagrijverlichting* en als parkeerlicht 's nachts (bij dagrijverlichting is de lichtsterkte groter), of parkeerlicht overdag en 's nachts.